Verlaging hypotheekrenteaftrek: hoe zat het ook alweer?
Geplaatst op 21 december 2020
De hypotheekrenteaftrek wordt stapsgewijs afgebouwd. Na Prinsjesdag stond deze afbouw weer in de schijnwerpers. Je zou hierdoor kunnen denken dat het om nieuwe overheidsplannen gaat. Niets is minder waar. Al langer is bekend hoe de hypotheekrente jaarlijks beperkt wordt. We zoomen in op de wijzigingen en de gevolgen voor jouw financiën.
Eerst even terug naar de basis. Met de hypotheekrenteaftrek krijg je een deel van de betaalde hypotheekrente terug. De betaalde rente mag je aftrekken van het inkomen waar je belasting over betaald. Al in 2014 is een start gemaakt met het afbouwen van dit voordeel voor huiseigenaren.
Afbouw hypotheekrenteaftrek
In 2014 heeft de overheid besloten om de hypotheekrenteaftrek jaarlijks met 0,5 procent te verlagen. Eindpunt is 2042, wanneer de maximale aftrek moet uitkomen op 37 procent. In 2020 is besloten de beperking te versnellen. Jaarlijks wordt het aftrekbare percentage met 3 procent verlaagd. Door de versnelling wordt het eindpunt van 37 procent eerder bereikt, namelijk in 2023.
Alleen hogere inkomens merken het
De afbouw van de hypotheekrente is alleen relevant voor (gezamenlijke) inkomens tot €68.507. Het in een bepaald jaar geldende percentage dat je mag aftrekken geldt ook voor andere aftrekposten. Denk hierbij aan taxatie- notaris- en advieskosten.
Voorbeeld gevolgen afbouw hypotheekrenteaftrek
Wat merk je zelf van de afbouw? Dat hangt van je situatie af. We geven een globaal voorbeeld met een inkomen van €80.000 en €5.500 aan hypotheekrente. Voor de overzichtelijkheid laten we het eigenwoningforfait en andere heffingskortingen buiten beschouwing. Eerst berekenen we hoeveel belasting je betaalt.
1. Over je inkomen tot €68.508 betaal je 37,35% belasting = €25.587
2. Over de overige €11.492 betaal je 49,5% belasting = €5.689
3. Dit is samen goed voor €31.276 aan betaalde belasting
De €5.500 aan hypotheekrente kun je aftrekken tegen 46%. Dit werkt als volgt:
4. De belasting over deel 1 blijft hetzelfde (€25.587)
5. Uit schijf 2 trekken we de €5.500 af van €11.492, over dat deel betaal je 49,5% belasting = €2.966
6. Over die €5.500 betaal je ook 3,5% (49,5%-46% = 3,5) belasting = €193
7. Na de hypotheekrenteaftrek betaal je nog maar €28.746 belasting. Een voordeel van €2.530
In 2021 mag je nog maar 43% van de betaalde hypotheekrente aftrekken. Bij stap zes betaal je in dat geval 49,5% - 43% = 6,5% over die €5.500. Het fiscale voordeel bedraagt dan nog maar €2.365 (€165 minder). In 2024 is dat bijna €500 minder dan in 2020.
Minister Hoekstra dringt aan op verder afbouwen
Wopke Hoekstra, minister van Financiën, pleit voor een verdere afbouw dan nu gepland is, zo bleek uit eerdere berichtgeving in het Financieele Dagblad. Hiermee volgt hij de lijn van Europa. Een versnelde afbouw kan volgens diverse deskundigen ook bijdragen aan het stabiliseren van de woningmarkt. De Prinsjesdag maatregelen als het afschaffen van de overdrachtsbelasting helpen volgens hen juist averechts.
Het is nog maar afwachten of de hypotheekrenteaftrek na 2024 verder daalt. Vooralsnog is de coalitie niet enthousiast. Aan de andere kant is de hypotheekrenteaftrek allang geen heilig huisje meer.
